De Oostflank van Hilversum

Van landelijk gebied naar industriële hub

De oostflank van Hilversum begon als een weids landschap met zandpaden, akkers en verspreide boerenhuisjes. In 1874 veranderde alles met de aanleg van de Oosterspoorweg, die Hilversum uit zijn isolement haalde. Ondernemers uit Amsterdam bouwden fabrieken, statige directeurswoningen verschenen, en arbeiders vonden werk in de nieuwe industrie. De buurt ‘over het spoor’ groeide snel uit tot een kloppend hart van bedrijvigheid, de motor van Hilversum. De eerste huizen en steeds meer fabrieken en bedrijven verrezen langs de oude paden. Werkplaatsen en pakhuizen stonden op de terreinen achter de huizen.

In 1884 bouwde de gemeente een gasfabriek om energie te leveren aan de industrie. En toen in 1920 de Nederlandsche Seintoestellen Fabriek (NSF) zich hier vestigde, ontwikkelde Hilversum oost zich als centrum voor technologische vooruitgang.

De opkomst van tuindorpen

De snelle groei bracht niet alleen welvaart, maar ook problemen voor de arbeiders, die vaak in slechte omstandigheden leefden. De Woningwet van 1901 dwong gemeentes om betere woningen te bouwen. Volkswoningbouwverenigingen namen de taak op zich. In 1913 verschenen de eerste woningwetwoningen langs de Larenseweg. Willem Dudok introduceerde vanaf 1915 de tuinstadgedachte in Hilversum. Hij ontwierp complexen die niet alleen woningen boden, maar ook een gezonde en harmonieuze woonomgeving met voorzieningen zoals scholen, winkels en zelfs een volksbadhuis.

De stadsrand als overgang naar de natuur

In de jaren twintig en dertig begon de invulling van de stadsrand. Dudok ontwierp Plan Oost, een wijk die ruim opgezet was met veel groen. Dit werd later erkend als beschermd stadsgezicht vanwege zijn unieke stedenbouwkundige kwaliteit. Het Kamrad, Dudoks laatste grote project, illustreert perfect zijn visie: een stadsrand die op een natuurlijke manier overgaat in het landschap. Hier wonen betekent letterlijk leven op de grens van stad en natuur, een gedachte die Dudok al in de jaren dertig had bedacht en in de jaren zestig wist te realiseren.

Transformatie van de oostflank

Tegen het einde van de 20e eeuw veranderde de functie van de wijk over het spoor. Veel fabrieken sloten of verhuisden, wat ruimte creëerde voor nieuwe ontwikkelingen. De stedelijke vernieuwing begon met de zorgvuldige restauratie en gedeeltelijke samenvoeging van de woningen van Dudok aan de Duivenstraat. In 2002-2008 werd het project ‘Dudok Revisited’ uitgevoerd, waarbij Dudoks woningen werden herbouwd in zijn stijl, maar iets groter en met modern wooncomfort. De stedenbouwkundige opzet werd behouden, zodat de harmonische stad van Dudok behouden bleef. Toen het fabrieksterrein van de NSF werd herontwikkeld, bleef alleen het kantoor- en laboratoriumgebouw (Seinstraat 4-32, 1960) behouden. De gasfabriek werd vervangen door woningen langs straten en met drie opvallende woontorens in de vorm van de oude gashouders. De voormalige farmaceutische fabriek aan de Mussenstraat bestaat nog steeds en heet nu Werf 35.