HILVERSUM
Melkfabriek
Dudok Wonen
Zo’n 40 miljoen liter melk per jaar: die hoeveelheid verwerkte de Melkfabriek aan de Larenseweg in haar beginjaren. Daarmee werd een gebied met circa 250.000 inwoners van ‘de witte motor’ voorzien.
Na ongeveer 2,5 jaar bouwen en 4 miljoen gulden aan kosten werd de fabriek op donderdag 21 november 1957 officieel geopend. Een gebouw dat zich kon scharen in de rij van monumentale gebouwen in Hilversum, aldus burgemeester Joost Boot in zijn toespraak op die dag. En het mocht dan een kleine halve eeuw duren, maar sinds 2005 is de Melkfabriek dat inderdaad: een gemeentelijk monument.
Melk brengen met paard en wagen
De Melkfabriek wordt gerekend tot de wederopbouwarchitectuur. Het is een stevig en markant gebouw, mede-ontworpen door de Hilversumse architect Marinus Breebaart. Typerend voor de wederopbouwstijl zijn onder andere de lange schaaldaken van de fabriek zelf en platte daken bij de andere gebouwen. Voor de gevel, constructie en ramen werden respectievelijk baksteen, beton, glas en staal gebruikt.
Het middelpunt van de fabriek werd gevormd door een grote hal. Hier werden de machines opgesteld op de begane grond, en op de eerste verdieping waren de werkruimtes te vinden. In een binnenstraat konden leveranciers met paard en wagen hun melk komen brengen. Dit voorkwam geluidsoverlast voor de omgeving. Na verloop van tijd hoefden de paarden niet meer op te komen draven, want toen namen vrachtwagens het vervoer over. Hiervoor werden aan de buitenzijde van de fabriek laad- en losplatforms gerealiseerd.
Ruimte voor verfraaiing
Kenmerkend voor de wederopbouwarchitectuur is de sterke nadruk op functie. Dit was ook bij de Melkfabriek het geval. Maar bij het directiekantoor was er iets meer ruimte voor verfraaiing: in de hal bij de directiekamer werd een glas-in-loodraam gerealiseerd. Dit raam werd gemaakt door Johan en Femmy Schilt-Geesink, een glazeniersechtpaar uit Laren. Het raam was een cadeau van de vereniging van melkslijters in Hilversum en omgeving, en verbeeldt het ontstaan, de verwerking en de distributie van melk. Ook het personeel bood een cadeau aan: een muurschildering, gemaakt door de kunstschilder Flip Hamers uit Kortenhoef.
Wonen, werken, leren en ontmoeten
In 2005 kwam een einde aan de productie in de Melkfabriek en sindsdien werd het gebouw niet gebruikt. Daar kwam een paar jaar later verandering in, want vanaf 2011 werd de Melkfabriek in opdracht van woningcorporatie Dudok Wonen verbouwd tot een plek om te wonen en werken, leren en ontmoeten. Er zijn ruim 50 woningen gebouwd, een peuterspeelzaal, basisschool met kinderopvang en er is 4.000 vierkante meter bedrijfsruimte, waaronder voor Dudok Wonen. Bij de verbouwing bleef het oorspronkelijke karakter van het gebouw zo veel mogelijk bewaard. Het glas-in-loodraam en de muurschildering bij de voormalige directiekamer waren intact gebleven en zijn ook nu nog te bewonderen.
Gemeentelijk Monument
Foto’s
Verhalen
Geertruida Griet over de loper bij opening
Op donderdag 21 november 1957 werd de nieuwe Melkfabriek feestelijk geopend. Burgemeester Boot haalde een hendel over, waarna er op een landkaart van het Gooi en Eemland een melkfles per gemeente verscheen. Alle vijftien aanwezige burgemeesters werden van harte uitgenodigd om met een rietje uit ‘hun’ melkfles te drinken.
Dit gebeurde onder het toeziend oog van Geertruida Griet, volgens een verslaggever van Het Parool ‘een prachtige melkkoe uit Laren’. Ze werd binnengeleid over een speciaal voor haar neergelegde loper en het Hilversumse politiemuziekgezelschap Excelsior bracht haar muzikale hulde. Directielid A.H. Leeuwerke sprak de hoop uit dat Geertruida Griet ‘nog vele jaren de vorstin onder de leveranciersters en leveranciers mocht blijven’.
Behalve Geertruida Griet was er nog meer hoog bezoek die dag: na de opening kwam ’s middags ook prins Bernhard de nieuwe Melkfabriek bewonderen. Waarschijnlijk smaakten de melkproducten hem goed: Koninklijk Paleis Soestdijk was namelijk klant bij VGM, de toenmalige eigenaar van de Melkfabriek.
‘Voor Goede Melk’
In 1957 betrok VGM, de Verenigde Gooise Melkbedrijven, de Melkfabriek. In de volksmond werd VGM ook wel ‘Voor Goede Melk’ genoemd. Vijf Gooise melkfabrieken hadden zich hierbij verenigd. In 1964 vond er een fusie plaats en werd de bedrijfsnaam Nederlandse Melkunie ’t Gooi. En nog een fusie, in 1989, resulteerde in de naam Campina, die de Melkfabriek in bezit had tot aan de sluiting eind 2005.
Voor eeuwig bewaard
In 2011 vierden het Hilversumse college van burgemeester en wethouders en de directie van Dudok Wonen gezamenlijk de renovatie van de Melkfabriek. Hierbij werden de plannen voor het gebouw in een kluis gelegd achter een stalen luik. Het luik werd dichtgemetseld in de oorspronkelijke, tijdens de renovatie herstelde, schoorsteen. Zo zijn de plannen voor eeuwig bewaard.