HILVERSUM
Zonnestraal
Zonnestraal zou de redding worden voor diamantslijpers die aan de dodelijke ziekte tuberculose leden. Er was nog geen medicijn, wel chique sanatoria voor de ‘rijken’ zoals in Davos. We schrijven de jaren 20 van de vorige eeuw.
Jan van Zutphen, één van de bestuurders van de vakbond van diamantslijpers (ANDB) nam een op z’n minst opvallend te noemen initiatief; “laat ons een eigen sanatorium bouwen voor onze arbeiders”. In Nederland, niet te ver van Amsterdam. Want opvallend veel diamantbewerkers leden aan tuberculose, waarschijnlijk mede veroorzaakt door het zogenaamde diamantstof.
Stelen
Het slijpen van diamant wordt gedaan met diamant(gruis) in een tinnen kop. Deze kop was met een koperen steeltje verbonden aan de slijparm en de steeltjes braken regelmatig af. Op maandagen werden de kapotte steeltjes verzameld, verkocht, en van de opbrengst werd drank gekocht.
Jan van Zutphen zag een betere bestemming voor dit geld. “Geef ons die stelen”’ zei hij: “voor die zieke kameraden”. Hij kreeg de directie van zijn bedrijf mee en de vakbond achter zich. En in 1905 werd de Stichting Diamantbewerkers Koperen Stelen Fonds ‘Nieuwe Levenskracht’ opgericht. Deze stichting vergaarde in één jaar tienduizend gulden bij elkaar, wat natuurlijk niet voldoende was om een sanatorium te bouwen.
Gruis
Jan van Zutphen had echter nog een wild idee. Dat diamantgruis waarmee geslepen werd moest toch ergens blijven, misschien wel in de kleding of op de vloer. Wat nu wanneer we die diamantstof zouden kunnen terugwinnen. Na jarenlang aandringen werd zijn vermoeden bevestigd. De Delftse hoogleraar Henri ter Meulen ontwikkelde een procedé waarmee men uit afvalslijpsel het zuivere diamantstof vrij kon maken. Die kostbare stof mocht door de directie van de diamantslijperijen voor het project Zonnestraal gebruikt worden. Dit verbeterde de inkomsten van het Stelen Fonds aanmerkelijk en de mogelijkheid voor een sanatorium kwam binnen bereik.
De Zonnestraal
In Hilversum kocht men in 1918 in het Loosdrechtse Bos “De Pampahoeve”. Hierop stonden een boswachtershuis en een houten villa en hier konden 19 patiënten kuren in de zon en de buitenlucht. Dit aantal was te beperkt maar de ervaring die men opdeed waren wel de basis voor de eisen die men aan een sanatorium stelde. Men wilde een sanatorium met voor- en nazorg en arbeidstherapie. De plannen werden vertraagd door de wereldwijde economische crisis maar in 1925 werd de vereniging “De Zonnestraal” opgericht met Jan van Zutphen als voorzitter. Architect Jan Duiker, samen met Bernard Bijvoet en Jan Gerko Wiebenga, kreeg de opdracht. Het hoofdgebouw werd geopend op 12 juni 1928, het Ter Meulen paviljoen werd tegelijkertijd geopend. Het Dresselhuys paviljoen volgde in 1931.
In de periode 1957 – 1999 werd Zonnestraal een algemeen ziekenhuis.
Zonnestraal beslaat circa 120 hectare, en ligt in het Loosdrechtse Bos in Hilversum. De witte gebouwen zijn gemaakt van beton, staal en glas. Het hoofdgebouw bestaat uit drie vleugels, met daartussen een hoofdweg en een grote zaal er overheen; twee paviljoens aan weerskanten van het hoofdgebouw op het zuidoosten en zuidwesten gericht.
Revolutie
Zonnestraal is ontworpen in een maatvoering van 1,50 meter en veelvouden daarvan: 1 x 1,50 meter gang- en balkonbreedte en 3 meter brede éénpersoons ziekenkamers. Dat had een, voornamelijk praktische reden. Maar met revolutionaire gevolgen. Om geld te besparen werd gezocht naar een systeem in beton. Gewapend beton. Dat giet je natuurlijk in een bekisting waarna het beton moet drogen. Hoe slanker de constructie, des te sneller droogde het beton en kon er verder gebouwd worden. Maar met zo een slanke constructie kan je maximaal drie meter overbruggen. Zo ontstonden ‘elementen’ met vaste maten. Iets volkomen nieuws in een architectuur die voornamelijk uit baksteen opgetrokken was. De systeembouw had zijn laboratorium gekregen. Het ‘Nieuwe Bouwen’was geboren
Verval
Na de oorlog is de medische vooruitgang zo groot dat een TBC-sanatorium niet meer nodig is. In 1957 wordt Zonnestraal een algemeen ziekenhuis. Daarna raakt het gebouw raakt in verval maar Monumentenzorg ziet in dat het complex een prachtig voorbeeld is voor het Nieuwe Bouwen en gerestaureerd dient te worden. De restauratie werd uitgevoerd door architecten Wessel de Jonge en Hubert-Jan Henket.
Het hoofdgebouw is sinds mei 2004 in de oude glorie hersteld. Sinds 2018 is er een nieuwe eigenaar en een nieuwe bestemming voor het landgoed in de maak.
Podcast
Pieter Hoogenraad over de geschiedenis van Zonnestraal
Foto’s
Zonnestraal naar Unesco NL
Verhalen
Ontluikende liefde
Zonnestraal is nauw verweven met het leven van de Zutphense Stip ter Laan. Haar vader – Geert ter Laan – bracht er een jaar van zijn leven door om te genezen van tbc en haar opa was erelid van Zonnestraal. Het sanatorium was bovendien het decor van de ontluikende liefde tussen haar ouders.
“Mijn vader heeft in de oorlog als gijzelaar vastgezeten in St. Michielsgestel”, vertelt Stip. “Na de oorlog was hij ondervoed en zakte op straat in elkaar. Hij bleek tbc te hebben en heeft eerst een half jaar in een sanatorium in Doorn gekuurd. Eind 1946 werd hij overgebracht naar Zonnestraal. Jan van Zutphen heeft dit sanatorium opgericht voor diamantslijpers met tbc, maar na de oorlog lagen er ook andere tbc-patiënten.” Ter Laans grootvader, de Zaanse burgemeester en het Tweede Kamerlid Kornelis ter Laan (SDAP), was destijds erelid van Zonnestraal.
Dienstbodehuis
Het prachtige ronde dienstbodehuis “de koepel” is gebouwd in 1931. Het is bedoeld als huisvesting voor 18 dienstmeisjes, met voor elk een afzonderlijke zit-slaapkamer. Een van de kamers is nog steeds ingericht zoals in de jaren ’30 en is van buitenaf te bewonderen.

Blauwe kozijnen
De stalen kozijnen van de paviljoens en het hoofdgebouw zijn blauw geschilderd. De reden dat voor deze kleur is gekozen is dat wanneer patiënten van binnen naar buiten keken de kleur van de kozijnen wegviel tegen de kleur van de lucht. Zo leek het alsof er een onbelemmerd uitzicht was.
Speelgoedauto’s en dressoirs
Zonnestraalpatiënten die alweer aan de beterende hand waren werden aan het werk gezet (arbeidstherapie) in een van de werkplaatsen. Daar werd van alles vervaardigd; van houten speelgoed tot meubels.